Deze varen wordt ook wel Struisvaren of Bekervaren genoemd. De Nederlandse naam 'Bekervaren' heeft de plant te danken aan de bekervormige groeiwijze die vooral zichtbaar is in het voorjaar kort na het uitlopen. Het is een vaste plant die van nature voorkomt van Midden-Europa tot Oost-Azië. De plant is inmiddels ook in Nederland ingeburgerd en komt op diverse landgoederen in het wild voor. Wat de plant bijzonder maakt is de manier waarop het blad zich ontvouwt. Het geveerde blad lijkt zich als het ware uit te rollen.
Omstreeks eind april ontvouwt zich blad van Matteuccia struthiopteris en bereikt binnen enkele weken een hoogte van 50 a 60 cm. De plant heeft in aanvang een wat stijve opgaande groeiwijze. Naarmate het seizoen vordert zakt het blad uit en oogt de plant meer bossig. De volwassen hoogte van de bekervaren ligt tussen de 60 en 80 cm. De struisvaren plant zich via de wortelstokken vegetatief voort, waardoor er een dicht bestand van varenplanten kan ontstaan. De plant kan zich hierdoor gemakkelijk uitbreiden en andere planten verdringen.
Net als vele andere varensoorten heeft ook de Mateuccia struthiopteris sterk geveerd blad. De zeer kort gesteelde, dubbelgeveerde, onvruchtbare bladeren vormen een trechter, waarbinnen later de vruchtbare bladen verschijnen. Deze bladen zijn langer gesteeld en staan stijf rechtop. De deelblaadjes van de eerste orde van de vruchtbare bladen zijn kokervormig door de ingerolde segmenten. Bijzonder aan Matteuccia struthiopteris is het ontvouwen van het blad in het voorjaar. Het blad rolt als het ware uit en heeft daardoor een bijzondere krul aan het uiteinde.
Mattteuccia struthiopteris is echte schaduwminnaar. Staat de plant te zonnig dan zal het blad al vroegtijdig lelijk worden. Op vochtige plekken zoals oeverranden voelt de de plant zich erg goed thuis. Qua grondslag verlangt Mattteuccia struthiopteris een humeuze vochtige standplaats.
Mooie plantcombinaties met Mattteuccia struthiopteris zijn te maken met b.v. grofbladige schaduwplanten zoals Hostasoorten of Astilboides tabularis. Maar ook Acteasoorten (Zilverkaars) doen het erg goed.
Plant Matteuccia struthiopteris bij voorkeur vroeg in het najaar, De bodemtemperatuur is dan nog optimaal voor de wortels om zich voor de winter nog goed te ontwikkelen. Mocht dit tijdstip niet lukken dan is het voorjaar ook een prima periode. Zorg voor een goed doorlatende grond en meng wat potgrond door. Geef na het planten alleen water als de grond droog is.
Mattteuccia struthiopteris snoeien doe je in het voorjaar. De plant sterft in het najaar geheel af. De zaadvormende bladeren in het hart van de plant blijven overeind en geven een decoratief winterbeeld. In het voorjaar (voor het uitlopen) kunnen deze afgeknipt worden. Bekervaren is een sterke probleemloze plant. Laat het blad in het najaar op een natuurlijke manier afsterven en verteren.
Om de plant niet te sterk uit te laten dijen is het raadzaam de worteluitlopers regelmatig weg te halen. Vaak komen de jonge planten ook op tussen aangrenzende beplanting. Met een spade kunnen ze vrij gemakkelijk uitgestoken worden.
Mattteuccia struthiopteris heeft geen aanvullende bemesting nodig. Wel verdient het aanbeveling om zoveel mogelijk organisch materiaal te laten liggen zodat er een natuurlijke aanvulling van voedingselementen aanwezig is.
Mattteuccia struthiopteris is een gezonde plant die nauwelijks gevoelig is voor ziektes of plagen.
Mattteuccia struthiopteris is een plant die nauwelijks droogte verdraagt. Het is daarom raadzaam tijdig water te geven is droge periodes.
Hoogte : 60-80 cm
Bloeiperiode : geen
Bloemkleur : geen
Blad : sterk geveerd, lichtgroen
Standplaats : schaduw
Grondsoort : humeuze grond
Aantal per m2 : 8 stuks
Bijzonderheden : blad ontvouwt zich vanuit een opgerolde stand
